te Oirschot:
6.
Dionysius (Denis) 8‑3‑1764, begr.
Sint‑Oedenrode 20‑6‑1794;
zn.v. Wilhelmus van
Liemdt en Maria van de Schoot, S. Joannes van der Heijden, Wilhelma Bossers;
StO begr. 20‑6‑1794 Denis Willem van Liempt (ref. scan akte)
(*) de naam "Van den Nieuwenhuijsen" kan een alias zijn
van "Hurkens"; dit blijkt uit de volgende cijnspost:
Cijns na
Inv.nr. 325 Fiche 334, blz.
1, folio 2, no 9 Periode: 1622/1665
Jenneken weduwe Jan Arts
voorschreven ende
Jan Arts tot Casteren(**) ende Ariaen Arts tot
Casteren
Peter Aert Jan Aertssen een
van de vier kijnderen tot Casteren
Dije vier kijnderen Aert
Jan Aertssen
Aert Jans van Nieuwenhuijs, antea Hoerckens (antea = vroeger)
I Tuijn
Vuijt erffenisse genampt Bemelken
Cijns na
Inv.nr. 324 Fiche 304, blz.
12, folio 2, no 9 Periode: 1572/1621
Joannes
Arnoldus de Casteren et Adrianus Arnoldus
Petrus
filius Arnoldus Joannes Arnoldus unus 4‑or
Liberi
quatuor Arnoldus de Nova Domo
Arnoldus filius Joannes filius
Joannes de Nova Domo dictus Horkes de Lijmdt
Angela
relicta et liberi duo
Petrus
filius Adrianus filius Anthonius
Joannes
de Tangere evixit
Daniel
filius Anthonius / Joannes filius Adrianus Anthonius
Liberi
duo
Anthonius
Crabben filius Joannes ex parte Catarina filia Wauterus ex hereditate Danielis
filius
Joannes Werscheijden ex hereditate dicta Bemelken
III½ denarii I ort veteri
(**)
vermoedelijk is deze Jan Aerts te Casteren de vader van Jan Jan Aerts Hurkens
gehuwd met Martina Thomas Michielse van Boekel, zie hieronder bij Jenneke Jan
Hurkens
Anneke Cluijtmans en haar man Jan Adriaans van der Heijden zijn beiden
voor 1767 overleden:
StO ORA Inv.nr. 188 jaar 1767 p. 747 Inventaris van soodanige
goederen naegelaten bij Jan Adriaans van der Heijden en Anneke Adriaan Cluijtmans,
in leeven egtelieden en inwoonderen alhier. Gedaan formeren door Jan ende Ruth
meerderjarige soonen ende mede door Jan Janse Cluijtmans ende Hendrik van de
Weijdeven als wettige voogden over de twee minderjarige kinderen, O.a. een
huijs, hof met aangelegen landerijen, geleegen binnen deese vrijheit Sint
Oedenrode onder Olland en Houtum. Aan erve met een seijde Dirk Schoenmakers, de
ander seijde en beijde eijnde de gemeente. Verder o.a. een houte schotel, een
karkisje, seeve tinne lepels, een soutvat, eenig outijser.
Terzijde: een burenkwestie
in 1735
StO ORA Inv.nr. 179 jaar 1735 p. 144 Alsoo questie ende
verschille stont te ontstaan tussen Hendrik Cluijtmans en Nicolaes der Kinderen
wegens het affscheijde en paelen van de huijsinge en hove bij haer ieder in het
besonder gecogt en gecome van de kinderen Johannes van Heertum. Soo sijn
deselve veraccordeert dat Nicolaes der Kinderen niet verder sal mogen timmeren
op sijne grond als reets bij de comparanten tussen haer is affgepaelt,
strekende die bepaeling dat de eerste comparant het gesigt sal mogen houden van
de binne deur van sijn kante op den hoek van het Rooms kerkenhuijs naast de
kant of huijsinge van Jan Vogels gelijk als men van de gemeene wegh of straat
aan de voorschreven kerken huijs is gaande en verders dat de comparante te
saeme een hegh sullen leggen op de gronde als malcandere raakende, welke hegge
sullen wesen half en half ende selve niet hooger sulle mogen laete wassen als
vier voeten opdat den eerste comparant het gesigt daar door op gemelte
kerkenhuijs als voor niet werd belet.